Duurzaamheid is tegenwoordig een begrip dat in vele maatschappelijke gebieden een rol speelt. In de landbouw wordt het streven naar duurzaamheid het meest serieus genomen door biologisch- of biologisch-dynamisch werkende boeren. In productieprocessen wordt steeds duurzamer omgegaan met grondstoffen. Het aandeel duurzame energie groeit en in de wereld van het bouwen is duurzaamheid een factor die meer en meer de dagelijkse praktijk in komt. Het streven naar duurzaamheid wint gestaag meer terrein en blijkt geen eendagsvlieg.
Dat maakt het misschien interessant om tot gedachten te komen waarin het begrip duurzaamheid wordt verruimd. Ieder weldenkend mens zal namelijk in dit begrip een positieve, toekomstgerichte waarde kunnen erkennen. Als dat zo is, is het zaak dit begrip uit te spreiden en uit te breiden door het met steeds meer gebieden te verbinden. Daarmee betrekken we de toekomst in het handelen van vandaag.
Duurzaamheid heeft tot dusverre vooral betrekking op de verhouding van de mens tot de aarde: duurzame landbouw, duurzaam omgaan met grondstoffen, duurzame energie. Het duurzaam omgaan met alles dat we in materiële zin op aarde aantreffen zou expliciet en bewust de basis van alle economische activiteit moeten (en kunnen) zijn.
Het ligt natuurlijk erg voor de hand om het begrip duurzaamheid te beschouwen tegen de volle breedte van het leven van de mens en het niet alleen te verbinden met het gebied waarin de mens bezig is met dat wat de aarde materieel biedt (dat is het gebied van de economie). Nee, niet alleen het menselijk overleven (een typering van dat wat economische activiteit mogelijk maakt), ook het menselijk streven en het menselijk samenleven zouden in een duurzaam perspectief geplaatst kunnen worden.
Een duurzame toekomst voor de mens is er immers nog niet wanneer alleen in de economie een balans is gevonden tussen wat de mens gebruikt en wat de aarde biedt. Ook het gebied van de verhoudingen van mens tot mens (de vormgeving van alle sociale verbanden) én het gebied van het streven dat zin biedt aan het individuele menselijke bestaan, dienen ‘verduurzaamd’ te worden.
Wanneer we ons afvragen wat er voor nodig is om zo ver te komen… komen we op de kernpunten van de sociale driegeleding:
Wanneer producten de juiste prijs zouden dragen, zou daarin de eventuele schade die een bepaald productieproces aan de aarde toebrengt, mee berekend moeten zijn;
Dat zou er, waarschijnlijk in opmerkelijk korte tijd, toe leiden dat productieprocessen worden omgebogen; verduurzaamd;
Om tot die juiste prijs te komen is ook een verandering noodzakelijk van de manier waarop we met het eigendom van grond en productiemiddelen omgaan: die zouden onverhandelbaar moeten zijn en bewerkt en gebruikt moeten worden door diegene die daarvoor de geschikte capaciteiten hebben;
Zij zijn namelijk als beste in staat om vakkundig en met zorg – dat is duurzaam – met deze middelen om te gaan;
Om te stimuleren dat er voldoende capabele, ondernemende mensen zijn om deskundig en duurzaam in de economie actief te zijn, dient het gebied van onderwijs en wetenschap een energiek, vitaal, bruisend karakter te hebben;
En dat veronderstelt dat alles wat hier, in onderwijs en wetenschap, plaatsvindt kan berusten op de deskundigheid van hen die daar werken en de behoeften en ontwikkelingsmogelijkheden van hen die daar geschoold en onderwezen worden;
De aanzet tot het waarmaken van de richting die hier wordt aangeduid ligt ook in dit vrije gebied: het is de vrije ruimte waarin we inspiratie, idealen, ideeën en inzichten wekken en laten groeien: we werken hier aan het bewustzijn dat voorafgaat aan de praktijk van morgen;
Om de vrijheid van dit gebied enerzijds te waarborgen, de dynamiek van economische krachten anderzijds in hun eigen gebied te houden, geven we een nieuwe invulling aan dat wat we nu als democratie kennen;
Dat doen we door dáár, in de democratie, slechts datgene aan de orde te stellen waarover een mondig mens oordelen, en dus mee-besluiten kan. Die zaken komen ook daar, en nergens anders, in besluitvormende zin aan de orde.
Wie voor duurzaamheid kiest, kiest voor de sociale driegeleding. Duurzaamheid 3.0.
John Hogervorst
(gepubliceerd in Driegonaal, jaargang 32, nr 5/6)