Het zijn vooral antroposofen van wie je vaak hoort: “Ja, Rudolf Steiner was óók een kind van zijn tijd en veel van wat hij zei is gewoon door de tijd ingehaald.” Maar soms denk je: misschien was Rudolf Steiner wel een zó scherp waarnemer van zijn tijd en waren zijn observaties soms zó waar, dat het pijn doet ze binnen te laten.
Dit citaat is daar misschien een mooi voorbeeld van.
“U heeft misschien wel gehoord dat bepaalde mensen steeds opnieuw rondbazuinen dat de democratie in de hele beschaafde wereld ingevoerd moet worden. Democratisering zal de mensheid het heil brengen, en daarom moet nu alles kort en klein geslagen worden, zodat de democratie zich over de wereld verbreiden kan. – (…) Men ziet abstracte begrippen aan voor de werkelijkheid. En zo kan het zomaar gebeuren dat de illusie de plaats van de werkelijkheid inneemt, doordat men de mensen verdoofd en laat inslapen in vage begrippen. Dan menen de mensen dat zij streven naar een situatie waarin ieder door de verschillende democratische instellingen zijn wil tot uitdrukking kan brengen – maar zij merken niet dat deze democratische structuren zó werken dat steeds een handjevol mensen aan de touwtjes trekt en dat de anderen gemanipuleerd worden. Omdat men hen steeds voorspiegelt dat zij in een democratie leven, merken zij niet op dat zij gemanipuleerd worden, dat een handjevol mensen de touwtjes in handen heeft. En dat lukt dit handjevol mensen des te beter naarmate de anderen geloven dat zij zelf de koers bepalen en niet gemanipuleerd worden.”
(Rudolf Steiner, 28 oktober 1917, GA 177 – vert. jh)